Naar Banff
Vandaag ga ik British Columbia verlaten en rij naar Banff. De schrik slaat mij om het hart nadat ik in Revelstoke heb getankt en de auto weer start. Vrijwel alle dashboard lichtjes blijven branden. Bij de benzinepomp is verder ook niemand aanwezig die mij kan helpen. Ik bel daarom maar naar het verhuurbedrijf, maar ja is daar wel iemand? Het is tenslotte zondagmorgen. Gelukkig krijg ik toch iemand te pakken. Ik probeer zo goed mogelijk uit te leggen wat er aan de hand is. Uiteindelijk begrijp ik dat het te maken heeft met het feit dat de auto bijna weer een grote beurt nodig heeft. Ik kan wel doorrijden want de lichten zullen vanzelf gaan doven. Dit blijkt gelukkig ook zo te zijn. Weer een zorg minder en ik kan de weg vervolgen. Vandaag is het eerst nog behoorlijk donker en veel laaghangende bewolking. Regelmatig krijg ik dan ook een buitje te verwerken, maar hoe dichter ik bij Alberta kom hoe meer het begint op te klaren en de zon doorbreekt. Bij Rogers Pass bekijk ik even het visitor-centre en neem een kop koffie. Na even in de souvenir winkel rondgeneusd te hebben rij ik weer verder.
Even voor Banff zie ik de bekende contouren van Mt. Rundle (2948 m). Op het uitzichtpunt hier zetten een paar fietsende toeristen mij even op de foto (zie hiernaast). Een klein half uur later rij ik, misschien wel de bekendste plaats in de Rockies, Banff, binnen. Na even kort door Banff rondgetourd te hebben, zoek ik aan het eind van de middag de camping op.
Het is een ontzettend groot terrein en het is behoorlijk vol, maar gelukkig nog voldoende plaats. Vanuit mijn tent kan ik in de verte Mt. Rundle zien liggen. Aangezien het nu schitterend weer is ga ik een lekker stuk wandelen. Aan de overzijde van de weg ligt een hiking-trail die langs de vallei, waarin Banff ligt, loopt. Langs dit pad heb je een schitterend uitzicht op Banff, de vallei en Mt. Rundle.
Takakaw Falls
Toen ik gisteren naar Banff reed, zag ik onbewust een bordje verwijzend naar Takakkaw Falls. Ik heb het toen genegeerd, maar het is toch blijven hangen. Ik ben van plan vandaag richting Lake Louise te rijden maar besluit toch eerst een stukje op te rijden naar Revelstoke om naar de Takakkaw Falls te kijken. Via een bochtige en steile weg kom ik dan ter plaatse. Al van verre zag je het water van de bergen naar beneden storten. Het is trouwens ook de hoogste waterval van de Canadese Rocky Mountains. Takakkaw (een oud indiaans woord) betekent 'The Magnificent", de geweldige, de prachtige. En dat is hij inderdaad. Als je naar de voet van de waterval loopt houdt je het absoluut niet droog. Door de val ontstaat een behoorlijk wind en het opspattend water valt als een dichte motregen op je neer. Niettemin is het schitterend gezicht.
Johnston Canyon
Ik rij weer terug naar de hoofdroute richting Lake Louise. Ik neem de 1a, deze weg is wat rustiger. Ook leidt deze weg langs de Johnston Canyon. Het is vrij druk hier, met name aan het begin. De eerste waterval die je tegenkomt is wel leuk, en hier keren ook de meeste mensen weer terug. Echter de route loopt verder en via smalle paadjes en bruggetjes (denk om je hoofd!) kom je aan het eind van de canyon. Hier vindt je de waterval zoals op de foto links. Ondanks dat hij niet hoog is, is hij niet minder indrukwekkend.
Lake Louise en Lake Moraine
Terug bij de auto vervolg ik mijn tocht naar Lake Louise. Ondanks dat ik hier nog niet eens zo laat ben is het toch al behoorlijk druk. Weer tijd voor een fikse wandeling. Langs de rand van het meer loop je helemaal naar de andere kant van meer. Hiervandaan heb je een mooi zicht op het grote luxe hotel. Daarna ga ik naar Moraine Lake vlakbij Lake Louise. Ook hier loop ik langs het meer geheel naar de andere zijde waar je het water vanuit de bergen het meer in ziet stromen. (zie onderstaande 7 foto's).
Langs de Icefield Parkway
Banff National Park
Jasper National Park
Sulphur Mountain Gondola.
Al met al toch weer een gehele dag gevuld en rijdt weer terug naar mijn camping in Banff. Na te hebben gegeten besluit ik om nog even naar Banff te rijden en naar het bekende Banff Springs hotel. Dan vallen mij ook de bordjes op van de Banff Gondola en schiet het mij te binnen dat je hier inderdaad met een kabelbaan naar boven kunt. Ik volg de bordjes en ben eigenlijk net op tijd omdat over ongeveer een half uur de Gondola sluit. Dus ik laat mij heerlijk naar boven brengen. Zo op de avond, bij de neergaande zon krijg je een schitterend uitzicht vanaf Sulphur Mountain over Banff en de omliggende Bow Valley en bergen. Door de ondergaande zon worden de bergtoppen heel mooi oranje/rood gekleurd. Alleen de muggen hier boven op de bergtop zijn een ware plaag. Toch bovenstaande plaatjes kunnen schieten. Op de foto links, zie je in het midden een 'bult', dit is Tunnel Mountain (1690 m). Op de foto rechts sta ik op Sanson Peak op een hoogte van 2270 m.
The Kanaskis
Het was in het jaar 1985 dat ik voor het eerst kennismaakte met Canada en de Rocky Mountains. Toen verbleef ik 6 weken bij mijn broer, om hem ook te helpen met de honing-oogst. Na 3 weken daar te hebben gewerkt ben ik een aantal dagen met een neef op stap geweest. Vanuit High River (iets onder Calgary) zijn we toen naar de bergen getrokken. We zijn naar het gebied The Kananaskis geweest. Aangezien dat mijn eerste ontmoeting was met de Rockies heeft dat veel indruk op mij gemaakt.
Daarom wou ik daar nu, 17 jaar later, graag naar toe om e.e.a weer even op mij te laten inwerken. Daar aangekomen wil ik ook weer een stuk van de route lopen die wij toendertijd met zijn tweeën ook gelopen hebben. Eigenlijk is er niets veranderd. De rust en stilte van 17 jaar geleden was er nu nog (of weer). Schitterend gewoon. Onderstaande foto's zeggen genoeg. Overigens de foto linksboven heb ik 17 jaar geleden precies zo gemaakt. Als ik die foto's nu naast elkaar leg is er echt niets veranderd.
Minder bekend en daardoor ook minder druk,
maar zeker zo mooi:
The Kananaskis
Voel de rust en de stilte en je komt helemaal tot je zelf. (Upper Kanaskis Lake)
Na de Kananaskis rijd ik door naar High River om een bezoekje te brengen aan mijn oom en tante in High River. het is goed hen weer te zien. Ik wordt uitgenodigd voor het eten bij diezelfde neef waar ik 17 jaar geleden mee de Kananaskis in ben geweest. Wat later dan gepland die avond rij ik via Calgary weer terug naar Banff.
Icefields Parkway
Het wordt zo langzamerhand weer tijd om noordwaarts te rijden. Ik breek de tent voor de zoveelste keer af en laad alles weer in. Vandaag ga ik via de icefield Parkway (Hw 1) naar Jasper. Ik trek hier de hele dag voor uit, want ik weet van 17 jaar geleden dat er onderweg nog genoeg te zien is. Regelmatig maak ik dan ook een stop om bij de bekende plaatsen even een foto te maken en videobeelden. Zo passeer je o.a. de Crawfoot glacier, (foto rechts) en iets verderop de typische ster-vormig Pyeto Lake.
Een paar kilometer na Pyeto Lake is er een kleine opstopping op de weg en zie ik veel mensen naar links gebaren. Ik sluit mij aan in de rij en hoor dat er verderop een grizzly beer is. Met het blote oog is de beer nauwelijks waarneembaar. Niet meer dan een klein grijs/bruin stipje. Maar met de videocamera op zoom krijg ik de beer nog behoorlijk scherp in het vizier. Ik heb dus eindelijk een grizzly in het wild gezien!!
De tocht gaat weer verder. Niet lang daarna kom ik bij de Columbian icefields. Dit keer neem ik niet de grote snowmobile, maar ga lopend naar en op de gletsjer. Onderweg daarheen heeft men geregeld een bordje gezet met daarop een jaartal. Dit geeft aan tot hoever de gletsjer in dat jaar reikte. Het is duidelijk dat door de opwarming van de aarde de gletsjer in die 17 jaar een behoorlijk eind is opgeschoven.
Doorrijdende kom ik langs de Sunwapta Falls. Ook zo duidelijk herkenbaar aan het eilandje in het midden waar het water omheen stroomt. Een paar kilometer verderop kom ik weer bij de Athabasca Falls. Op 4 juli ben ik hier ook al geweest. De Falls zijn nu veel woester. Dat kan ook wel kloppen want ik had inmiddels al begrepen dat men in de afgelopen week in de bergen nogal wat regen heeft gehad. Veel water van die omliggende bergen komt uiteindelijk terecht in de Athabasca River. Het gevolg laat zich raden.
Terug naar Busby
Ondertussen begint het ook nu weer behoorlijk donker te worden en zelfs dreigend. Aangezien ik eigenlijk geen zin heb om bij nat weer nog een tent op te zetten besluit ik om maar direct door te rijden naar Edmonton. Vanaf de Athabasca Falls toch nog meer dan 450 km.
Maar mijn besluit staat vast. Eenmaal de bergen uit en rijdend richting Hinton begint het dan toch behoorlijk te onweren en te regenen. De lucht wordt inktzwart Met bakken valt de neerslag (regen en hagel) naar beneden. Ik moet behoorlijk snelheid minderen. Na ruim een halfuur is de bui weer voorbij en kan ik weer redelijk vlot doorrijden. Echter niet voor lang, want opnieuw komt er weer een grote onweersbui opzetten. Ook nu weer veel regen en hagel. Sneller dan zo'n 40 km per uur rijden we niet. Daardoor duurt de tocht terug behoorlijk wat langer dan ik gepland had. Ik had verwacht zo rond 9 uur weer in Busby te zijn, uiteindelijk wordt het ongeveer half elf. Mijn broer en schoonzus liggen al op bed, dus stilletjes en moe zoek ik ook het bed op.
Laatste dagen
De laatste dagen wat rustig aan gedaan en rondgekeken in de omgeving. Ook nog even met de hele familie naar "Arching" geweest (handboogschieten). De sport de mijn neefjes behoorlijk goed beoefenen (veelvuldig kampioenen geweest in hun klassen) Echter een hele dag hierbij vertoeven duurt mij te lang en aan het begin van de middag ga ik maar even sightseeing naar Edmonton. De avond voor mijn vertrek op 22 juli neem ik de familie mee uit eten naar Westlock als dank voor de aangeboden gastvrijheid en het gebruik van hun kampeerspullen. Mijn vakantie zit er weer op. Woensdag 23 juli zet ik weer voet op Nederlandse bodem. Zeer tevreden over mijn vakantie, ondanks het vele reizen (totaal ongeveer 5.000 km afgelegd in 3 weken) veel gedaan en veel gezien.